Type and press Enter.

Een stap te ver voor Danny Ocean

Na Traffic leek de carriere van Steven Soderbergh niet meer stuk te kunnen. Op slag was hij een van de meest gevraagde regisseurs van Amerika. Het verleidde hem in 2002 onder andere om samen met vrienden Julia Roberts, George Clooney en Brad Pitt een remake te maken van Ocean’s Eleven.
Dat was een prettige kerstverrassing: speels, ironisch en gewoon erg mooi om te zien. Een heerlijk Hollywood-tussendoortje en daar had het bij moeten blijven. Maar Hollywood blijft Hollywood dus na een kassucces moet er en sequel komen. Waardoor we rond kerst 2004 Ocean’s Twelve op ons bordje krijgen.
Dezelfde cast (plus Catherine Zeta-Jones) en dezelfde regisseur, maar het resultaat is een gedrocht. Het script is zo gammel dat het lachwekkend is: de hele film draait om een grote kraak, terwijl aan het eind blijkt dat een knokpartijtje in een trein eerder al genoeg was om de buit te veroveren. Normaal gesproken geef je de plot van een film inderdaad niet weg, maar het is om potentiele bezoekers de laatste reden te ontnemen om Ocean’s Twelve toch te gaan zien. De acteurs zijn plichtmatig, de prestaties van Matt Damon zijn zelfs ronduit knullig. Alleen George Clooney en Brad Pitt blijven enigszins overeind op charisma en op hun ondeugende looks. Verder is het aardig om Amsterdam eens te zien in een grote Hollywoodproductie. Maar dat is niet genoeg reden om naar de bioscoop te rennen.