Type and press Enter.

Metamorfose van het jaar

Je hebt de ezel en de steen. Want ooit, ja ooit was Billy Corgan de voorman van een van de succesvolste rockgroepen op deze planeet. The Smashing Pumpkins zetten met hun gruizige gitaargeluid op platen als Siamese Dream of Mellon Collie and the Infinite Sadness klassiekers weg.
Door heroïnemisbruik moest drummer Jimmy Chamberlaine in 1997 het veld ruimen. Maar op Ave Adore bleek de band niet zonder hem te kunnen: de plaat klonk vlak en lusteloos. Op het laatste Pumpkins-album, Machina, was Chamberlaine dan ook weer van de partij. Na een afkickcursus uiteraard. En de groep klonk weer ouderwets gedreven. Net als Zwan, de band die Corgan oprichtte na het uiteenvallen van de Smashing Pumpkins. Voor de duidelijkheid: ook hier drumde Chamberlaine heftig mee.
Corgan brengt deze maand zijn eerste soloplaat uit, en het ergste valt te vrezen. Chamberlaine doet niet meer mee en gisteravond in Paradiso bleek dat een zwaar gemis. De kale zanger, sympathieker dan ooit, wist wel degelijk een donker-melancholieke sfeer weg te zetten, mede door prachtige visuals op de led-wand achter hem op het podium. Maar muzikaal was het allemaal uitermate vlak. Van echte songopbouw was zelden sprake, en omdat het grootste gedeelte van de muziek in de computer stond deed monotonie snel zijn intrede. De stem van Corgan, live meestal niet al te sterk, lag onderin de mix waardoor de zanger nauwelijks verstaanbaar was.
Lichtpunten waren er af en toe best, zeker in het serene Now or Never. Maar Corgan etaleerde vooral new wave uit de jaren tachtig, inclusief een drummer die stond achter een elektronisch drumstel. Hopeloos gedateerd, het kwam de vibe van de show niet ten goede. Dat hij uiteindelijk nog met een ovationeel applaus afscheid nam, had meer met zijn uitstraling en Pumpkins-verleden te maken. Volgende keer toch maar weer echte muzikanten als Chamberlaine uitnodigen?