Ik zal het maar meteen verklappen: Arcade Fire zal bovenaan staan in mijn eindejaarslijstje van concerten in 2010. En dan een hele tijd niets. Omdat eigenzinnigheid, gedrevenheid en schoonheid zich gisteren in Düsseldorf samenbalden in een gevaarlijke cocktail van muzikaal genot voor de fijnproever.
De Philipshalle was een passend decor voor de Canadezen. Een lelijke, karakterloze blikken doos aan de rafelrand van de stad. Net zo karakterloos als de buitenwijken (Suburbs) van Amerika waar voorman Win Butler opgroeide en waar hij de derde plaat naar vernoemde. Het podium was ingericht als een openluchtbioscoop, de plek waar de jeugd samen kwam om films te kijken, te kletsen en voor het eerst de liefde te bedrijven. Op het scherm waren kunstzinnige filmpjes te zien, soms zwart-wit, soms eclectisch in stijl en kleurstelling, altijd smaakvol.
Verpakking
Met de verpakking zat het altijd al wel goed bij de theatrale band uit Montreal. Muzikaal wilde het achttal daar nog wel eens bij achter blijven: voorganger Neon Bible bleek onder alle bombast weinig compositorisch vernuft te herbergen. The Suburbs is wat dat betreft een grote stap voorwaarts: compactere liedjes, meer afwisseling, geraffineerdere melodieën.
Met dat materiaal kunnen ze eindelijk ook op het podium de stap naar de absolute wereldtop. Want de intensiteit, die hadden ze altijd al op de bühne. Op hun eerste doortocht op Lowlands, in 2005, klommen ze tot in de nok van de tent van pure gekkigheid.
Gretigheid
Die kwaliteit hebben ze nog steeds. Vanaf de eerste seconde straalde de gretigheid van het podium. Ready To Start trapte het concert (setlist) af in de hoogste versnelling. Alleen tijdens de twee nummers die Regine Chassagne voor haar rekening nam, zakte het tempo (en de spanningsboog) even in. Maar een spookachtig Rococo maakte meteen alles goed.
Goed, Cold Wind kreeg geen gloedvolle uitvoering, maar Butler voerde als geldig excuus aan dat ‘we dat al lang niet meer gespeeld hebben’. Verder voerde de zanger zijn kornuiten op imponerende wijze door hun oeuvre. Month Of May scheerde langs de rand van waanzin, zonder in de afgrond te vallen. En de afsluiters van de reguliere set, Power Out en Rebellion (lies), voelden als twee muzikale mokerslagen die geen enkele andere band op de wereld uit kan delen.
Alles op zijn plek
Waar Butler zelf vroeger nog wel eens de hele wereld op zijn schouder leek mee te torsen, oogde hij nu ontspannen. Logisch: bij Arcade Fire valt eindelijk alles op zijn plek. Waanzin, energie en machtige muziek vloeiden op volkomen natuurlijke wijze samen. Jammer dat de Philipshalle, met een enorme afvaardiging uit Nederland, niet uitverkocht was voor deze hoogmis van Canada’s trots. Bij de volgende eredienst zijn er hopelijk meer discipelen. Deze atheïst is in ieder geval bijna weer gelovige geworden.